Rio de Janeiro heeft de Olympische Spelen vrijdag swingend geopend. Met een kleurrijke show vol opzwepende sambamuziek en dans presenteerde de Braziliaanse stad zich aan de wereld. De Brazilianen toonden echter ook hun onvrede over het miljarden verslindende sportspektakel.

Voormalig marathonloper Vanderlei de Lima, de man die bij de Spelen van 2004 op weg was naar het goud toen hij van het parcours werd geduwd door een religieuze fanaticus, mocht de vlam in Maracanã ontsteken.

De eerste Olympische Spelen ooit in Zuid-Amerika moeten een volksfeest worden, zo was de boodschap van de openingsceremonie. Toch zijn lang niet alle Brazilianen blij: de Braziliaanse economie die nog niet zo lang geleden floreerde, verkeert in een almaar groeiende recessie.

Uitgefloten

Het politieke drama rond de geschorste president Dilma Rousseff doet het land ook al geen goed. Niet Rousseff, maar interim-president Michel Temer mocht de Spelen officieel openen. Temer werd hard uitgefloten tijdens zijn toespraak die slechts een paar tellen duurde.

De Brazilianen probeerden de grote problemen waarmee het land kampt even aan de kant te schuiven op een sfeervolle avond in Maracanã, dat met alle militairen op de omliggende wegen en gebouwen wel een fort leek. Het begon met het hijsen van de Braziliaanse vlag, waarna een intieme, akoestische versie van het volkslied volgde.

De tienduizenden toeschouwers in het beroemde voetbalstadion zagen topmodel Gisele Bündchen onder de klanken van 'The Girl from Ipanema' over het veld paraderen.

Klimaatverandering

Naast alle vrolijkheid had de openingsceremonie ook een serieuze boodschap. De Brazilianen vroegen aandacht voor de opwarming van de aarde en de gevolgen daarvan, onder meer voor het almaar slinkende tropisch regenwoud in het land. De sporters dragen bij aan een oplossing, hoe klein die ook is. Allemaal plantten ze bij binnenkomst in het stadion een boomzaadje. Het moet op termijn leiden tot een heus atletenbos in Rio.

Springruiter Jeroen Dubbeldam leidde een bescheiden afvaardiging van de Nederlandse equipe het stadion in, met de rood-wit-blauwe vlag in zijn handen. De bijna twee uur durende vlaggenparade werd zoals gebruikelijk geopend door Griekenland en afgesloten door gastland Brazilië, dat vanzelfsprekend het hardste werd toegejuicht. De Russen, ondanks een enorme dopingaffaire toch met een flinke equipe actief op de Spelen, kregen een lauwe ontvangst: hier en daar gejuich, doormengd met wat gefluit.

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl